Besprekingen
Een van de grootste hypes van 2002 was ongetwijfeld Everything is illuminated (vertaald als Alles is verlicht) van Jonathan Safran Foer, goed voor een bekroning met de Guardian Prize for a First Book. De voorpublicatie van een fragment in de 'New Yorker' (2001) bleek ideaal om de publieksverwachting op te bouwen. Uitgangspunt was een teleurstellende reis naar Oekraïne om de joodse familiegeschiedenis uit te spitten. Om die energie positief om te buigen besloot Foer zijn alter ego op een fictionele reis uit te sturen, geholpen door de Oekraïense vertaler Alex Perchov. Het boek neemt de vorm aan van een correspondentie tussen beiden na de zoektocht, gelardeerd met 'work in progress' van het hoofdpersonage. Het geheel krijgt de vorm van een wervelende taalcocktail, extra in de hand gewerkt door Alex' komische verminking van het Engels. [Kris van Zeghbroeck]
Copyright (c) Vlabin-VBC
Met Jonathan Safran Foer (USA, 1977) heeft de literatuur er een meesterverteller bij. In zijn eerste roman maken we kennis met de ik-figuur die dezelfde naam draagt als de schrijver, ook zelf schrijft en in de Oekraïne op zoek gaat naar een vrouw die zijn grootvader van de Nazi's heeft gered. Al spoedig ontwikkelt zich een vriendschap tussen hem en Alex, zijn Oekraïense tolk. Stukje bij beetje wordt duidelijk welke verschrikkingen zich hier in de oorlog hebben voorgedaan. Dat wil niet zeggen dat dit een zwaarmoedig boek is; integendeel, het boek staat barstensvol komische, dramatische en absurde verhalen die met verbazingwekkende vanzelfsprekendheid worden opgedist, een beetje à la Garcia Marquez. Ook de frequente genrewisselingen - proza, brieven, dromen, dagboek - maken een volstrekt natuurlijke indruk en dragen bij aan de indruk van lichtheid en feestelijkheid die de lezer ondergaat. Lezen, kortom. Paperback; kleine maar heldere druk.